Uitdaging
De woorden than en then worden heel vaak met elkaar verward, omdat ze hetzelfde worden uitgesproken.
Maar wanneer gebruik je dan than en wanneer gebruik je then? Dat leggen we je uit in dit onderwerp!
Methode
Je gebruikt than in een vergelijking: mooier dan, sneller dan, kleiner dan, etc.
- Wigger is even taller than his brother, who is already taller than 2 meters!
- Wigger is zelfs groter dan zijn broer, die al langer is dan 2 meter!
- This apartment is larger than the others we looked at.
- Dit appartement is groter dan de andere die we hebben bekeken.
In alle andere gevallen gebruik je then (= dan, daarna, toen):
- And then I moved to New York City.
- En toen verhuisde ik naar New York City.
- After the party I went straight to the snackbar, and then I went home.
- Na het feestje ging ik direct naar de snackbar, en daarna ging ik naar huis.