Uitdaging
Hoe schrijf je het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden?
Methode
Bij sterke werkwoorden schrijf je het voltooid deelwoord vaak als ge + hele werkwoord. Echter wijkt het voltooid deelwoord van veel sterke werkwoorden hiervan af: bij sommigen wordt gewoon de regel van 't kofschip gebruikt of wordt de verleden tijd gebruikt in plaats van het hele werkwoord.
Voltooid deelwoord sterke werkwoorden: ge + hele werkwoord
mogen - ik heb gemogen
zien - ik heb gezien
dragen - ik heb gedragen
gaan - ik ben gegaan
houden - ik heb gehouden
laten - ik heb gelaten
komen - ik ben gekomen
Voltooid deelwoord sterke werkwoorden: de regel van 't kofschip
kunnen - ik heb gekund
willen - ik heb gewild
zeggen - ik heb gezegd
Voltooid deelwoord sterke werkwoorden: op basis van verleden tijd
zijn - ik ben geweest
hebben - ik heb gehad
krijgen - ik heb gekregen
zoeken - ik heb gezocht
helpen - ik heb geholpen
rijden - ik heb gereden
vinden - ik heb gevonden
nemen - ik heb genomen
kopen - ik heb gekocht
Uitzondering: slaan - ik heb geslagen
Voltooid deelwoord sterke werkwoorden: geen extra ge- ervoor
verkopen - ik heb verkocht
besluiten - ik heb besloten
zich misdragen - ik heb me misdragen