Uitdaging
Veel mensen twijfelen vaak over dezelfde lastige dingen in de spelling van onze taal. Vaak twijfelen we over de keuze tussen au en ou. Wanneer schrijf je au en wanneer schrijf je ou?
Methode
Je kunt aan de klank van een woord niet horen of je het woord schrijft met au of met ou. Helaas bestaan er ook geen duidelijke regels over het gebruik van au en ou. Dit zul je dus per woord moeten leren.
Hieronder zie je een aantal voorbeelden:
met au met ou
auto trouwen
pauze ik hou van jou
wenkbrauw koud
blauw goud
saus juffrouw
Woorden die beginnen met de au/ou klank, schrijven we meestal met au (augustus, auto, aula, auteur). Maar let wel op! Dit is geen spellingsregel. Er zijn namelijk ook woorden waarbij dit niet het geval is (oud, ouders, ouderwets).