Uitdaging
Wanneer je te maken hebt met meer dan één, dan lijn kun je deze lijnen ten opzichte van elkaar beschrijven. Lijnen kunnen namelijk evenwijdig aan elkaar lopen, loodrecht op elkaar staan of elkaar raken in een bepaalde hoek. Om dit te onderzoeken maak je gebruik van je geodriehoek.
Hoe je een loodlijn en evenwijdige lijnen kunt herkennen en hoe je deze kunt tekenen met je geodriehoek, bespreken we in deze theorie.
Methode
- Een lijn is recht en heeft geen eindpunten. Een lijn kan dus oneindig lang doorlopen.
Lijnen worden aangegeven met een kleine letter.
- Een lijnstuk heeft wel eindpunten. Er zijn 2 eindpunten en tussen deze 2 punten bevindt zich het lijnstuk. Eindpunten van een lijnstuk worden aangegeven met hoofdletters.
Loodlijn
Als 2 lijnen een rechte hoek met elkaar maken zeggen we dat de lijnen loodrecht op elkaar staan. Dit kun je zien in de afbeelding 'Loodlijn'.
- De loodlijn staat recht op de andere lijn. Dit noteer je met het teken ⊥.
- Als lijn m loodrecht op lijn l staat zou je dit als volgt noteren: l ⊥ m.
Een loodlijn tekenen
Stel je hebt het punt A en de lijn l. Je wilt een loodlijn door punt A op de lijn tekenen. Hier gebruik je een geodriehoek voor.
- Een geodriehoek heeft een ingebouwde loodlijn. Deze loodlijn loopt door het midden van de geodriehoek.
- Je legt de loodlijn van de geodriehoek op de lijn l.
- Vervolgens schuif je de geodriehoek tot aan het punt A en teken je de loodlijn. De 2 lijnen maken een rechte hoek met elkaar, vergeet daarom niet om ook het teken van een rechte hoek erbij te zetten: $$\urcorner$$.
Evenwijdige lijnen
Lijnen die elkaar nooit snijden worden evenwijdige lijnen genoemd.
- Evenwijdige lijnen snijden elkaar niet, zelfs al worden ze tot in het oneindige verlengd.
- Deze lijnen zijn parallel aan elkaar.
- Evenwijdige lijnen noteer je met het teken //.
- Als lijn m evenwijdig is aan lijn l zou je dit als volgt noteren: l // m. Een voorbeeld hiervan kun je zien in de afbeelding 'Evenwijdige Lijnen'.
Evenwijdige lijn tekenen
Ook een evenwijdige lijn kun je zelf tekenen. Stel je hebt het punt A en de lijn l. Je wilt een evenwijdige lijn door punt A evenwijdig aan de lijn tekenen. Hier gebruik je een geodriehoek voor.
- Op een geodriehoek staan evenwijdige lijnen, dit zijn de lijnen die gelijk lopen aan de lange kant van de geodriehoek.
- Je legt de lange zijde van de geodriehoek langs het punt en zorgt dat de evenwijdige lijnen van de geodriehoek in dezelfde richting als de lijn lopen.
- Vervolgens kun je de nieuwe lijn tekenen.
- Vergeet niet pijltjes op de lijnen te tekenen. Hiermee geef je aan dat de lijnen evenwijdig zijn.